1.1 De lerende en innoverende professional

1.1.1 De docent toont aan dat hij een lerende professional is die zelfstandig, creatief en kritisch gebruik maakt van de (nieuwe-) mogelijkheden van ICT bij leren, lesgeven en organiseren van onderwijs.

Ik probeer in mijn lessen zoveel mogelijk aan te sluiten bij de belevingswereld van de leerlingen, het onderwijs voor hun interessant en leuk te maken. Het gebruik van ICT is hier niet meer weg te denken, de leerlingen komen hier vanaf jongs af aan al mee in aanraking en is een belangrijk deel van hun belevingswereld/interesse. Ik verdiep mij in de ICT mogelijkheden die de methode biedt, maak gebruik van de mobiele telefoon als hulpmiddel (bv. kahoot). Ook probeer ik zoveel mogelijk op de hoogte te blijven van ontwikkelingen en vernieuwingen door onder andere op Facebook lid te zijn van de leraar wiskunde pagina, gebruik te maken van informatie op kennisnet, digischool, pinterest etc. 

Ik maak bij mijn lessen gebruik van de digitale middelen die de school biedt, zoals het digibord of de beamer. Voor elke les maak ik een powerpoint die ik ter ondersteuning bij de les gebruik en met de leerlingen deel via de elektronische leeromgeving.

Ik zoek geregeld op YouTube naar bruikbare filmpjes die ik in de les of ter ondersteuning aan de leerlingen aan kan bieden. 

 

1.1.2 De docent toont aan dat hij beschikt over de overtuiging dat betekenisvol onderwijs vraagt om beargumenteerde inzet van ICT en is in staat om de verworvenheden en beperkingen van technologie te herkennen en te integreren in betekenisvol onderwijs.

Het gebruik van ICT is niet meer weg te denken uit de lessen, toch schuilen hier wel enkele gevaren in. Het gebruik van bijvoorbeeld een volledig digitale methode voor het wiskunde onderwijs, zoals bettermarks kent ook zijn nadelen. Je bent afhankelijk van computers en netwerken, van leerlingen die hun oplader meenemen (of hun laptop opgeladen hebben) tot het juist functioneren van het wifi netwerk van de school. Hier dien je rekening mee te houden door bijvoorbeeld altijd extra lesmateriaal bij de hand te hebben, lesmateriaal wat niet afhankelijk is van externe factoren. Voorkom dat je afhankelijk wordt van het digitale systeem.. Het gebruik van filmpjes, kahoot, online spelletjes vergroot het plezier in wiskunde en maakt dat leerlingen makkelijker leren, echter wanneer hier teveel gebruik van wordt gemaakt loop je ook hier je doel voorbij. De kunst is om de juiste hoeveelheid en afwisseling in activiteiten aan te bieden, hierbij is ook afwisseling in het gebruik van ICT of juist geen ICT belangrijk. 

Op YouTube zijn veel filmpjes te vinden waarin duidelijk en helder de lesstof wordt uitgelegd, echter niet elk filmpje is geschikt voor elke klas en elk niveau. Daarom is het bij het kiezen van een filmpje belangrijk om het filmpje goed te bekijken, sluit de uitleg aan bij de methode, uitleg van de docent, niveau en mogelijkheden van de leerlingen?

1.2 De flexibele en adaptieve professional

In het artikel "Inzet van ICT? Ken de risico's en kies voor kansen" (van Dijk, 2016) heeft het gebruik van ict drie mogelijke uitkomsten: het kan nadelig werken, niets uitmaken of positief uitpakken. Wanneer ict goed, gericht en gedoseerd wordt gebruikt (Brummelhuis) kunnen optimale resultaten worden bereikt.

Het volledige artikel is te vinden op: https://www.kennisnet.nl/artikel/inzet-van-ict-ken-de-risicos-en-kies-voor-kansen/ 

1.2.1 De docent toont aan dat hij kan inspelen op onderwijskundige veranderingen en behoeften met betrekking tot het gebruik van ICT.

Het gebruik van ICT heeft een steeds belangrijkere plek in het onderwijs. Steeds meer scholen gaan werken met digitale methoden en ook het eindexamen vmbo bb en kb gaat digitaal. Leerlingen groeien op met computers en mobiele telefoons, het gebruik van ict sluit dan ook mooi aan bij de belevingswereld van leerlingen. Hoewel ik denk dat het gebruik van ICT een meerwaarde kan zijn voor de lessen en een positieve bijdrage kan leveren aan het leerproces, zie ik ook dat hierin wel wat valkuilen zitten. Het zomaar inzetten van ICT, gewoon voor de leuk of omdat het makkelijk is, kan ertoe leiden dat dit juist een negatief effect heeft op het leerproces van leerlingen. Ik vind het belangrijk dat je als docent goed nadenk waar je ICT middelen voor gebruikt, nagaat of dit wel echt een meerwaarde voor je lessen en het leerproces heeft. Zo ook bij het gebruik van digitale methoden. Wat betreft het vak wiskunde ben ik geen voorstander van een volledig digitale methode, leerlingen moeten leren om grafieken en tabellen te tekenen (op papier). Het is belangrijk dat leerlingen hun berekeningen noteren, dit is vaak nog belangrijker dan alleen het juiste antwoord geven. Ik vind dat digitale methoden hierin tekort schieten. Wel is het gebruik van een digitale methode een meerwaarde voor differentiatie en heeft de docent meer en sneller inzicht in de resultaten van leerlingen en is het makkelijker bij te houden welke leerlingen hun huiswerk en opdrachten hebben gemaakt. 

 

1.2.2 De docent toont aan dat hij initiatieven neemt in het gebruik van ICT om zo sociale- en crossculturele vaardigheden te bevorderen.

Ik heb weinig ervaring in het ondersteunen en bevorderen van samenwerkend leren m.b.v. ICT, dit is een competentie waar ik komend schooljaar wel mee aan de slag wil gaan. 

 

1.3 De reflecterende en onderzoekende professional

1.3.1 De docent toont aan op methodische wijze ICT-gebruik te analyseren om zo systematisch verbeterpunten in zijn lespraktijk toe te passen en te beoordelen op effectiviteit.

Dit digitaal portfolio is hier een mooi voorbeeld van.

 

1.3.2 De docent toont aan dat hij zoekt naar (interdisciplinaire) samenwerking met collega’s die in een vergelijkbare situatie rondom ICT en onderwijs verkeren.

In het vakgroepoverleg van de sectie wiskunde evalueren we regelmatig het gebruik van de digitale methode bettermarkt, deze methode is in schooljaar 2017-2018 ingevoerd in de onderbouw. Ook vindt er elk jaar een bijeenkomst plaats niet georganiseerd wordt door de maker van Bettermarks. Ik heb regelmatig met collega's gesprekken over het gebruik van ict in de klas. De kahoot die ik gebruik in de lessen deel ik met mijn directe collega, dit geldt ook voor filmpjes die ik tijdens mijn lessen laat zien. Ook de powerpoints die ik gebruik in de lessen zijn via it's learning toegankelijk voor mijn collega's.

Voor de mentorles heb ik gebruik gemaakt van een digitaal portfolio. Tijdens het mentoroverleg hebben we het gehad over het gebruik en de toepasbaarheid van dit portfolio. De methode die hiervoor wordt gebruikt is Yubu.

 

1.4 De samenwerkende professional

1.4.1 De docent toont aan dat hij opgedane ICT kennis en vaardigheden met andere docenten (binnen of buiten de school) kan delen om zo nieuwe kennis te construeren.

Via It's learning deel ik documenten, filmjes, gemaakte toetsen, lesidee e.d. met collega's. Zelf deel ik niet veel met andere docenten buiten de school, wel maak ik veel gebruik van kennis en vaardigheden van andere docenten. Dit doe ik door geregeld te kijken op sites als: Facebook, pinterest, kennisnet, leraar24, wikiwijs en linkedin.

 

1.4.2 De docent ondersteunt en motiveert collega’s en leerlingen in hun ICT ontwikkeling.

Voor mijn lessen maak ik gebruik van powerpoints, bij gebruik van het smartbord kan ik hier aantekeningen in maken die ik vervolgens makkelijk op kan slaan en kan delen met de leerlingen. Ik heb dit gedeeld met collega's, die waren nog niet op de hoogte van deze mogelijkheid. Ook deel ik de kahoot die ik gebruik met leerlingen met collega's. Ik heb afgelopen jaar gewerkt met Yubu, mijn collega's hebben hier met hun mentorleerlingen weinig mee gewerkt. Ik was vrij positief over dit programma en heb mijn positieve ervaringen ook gedeeld met mijn collega's en geprobeerd ze hier ook enthousiast voor te maken.